Ieder van ons heeft een onzichtbare emmer die constant geleegd of gevuld wordt, afhankelijk van wat anderen tegen ons zeggen of de manier waarop ze zich tegen ons gedragen. Wanneer onze emmer vol is, voelen we ons fantastisch. Wanneer hij leeg is, voelen we ons ellendig. Ieder van ons heeft ook een onzichtbare scheplepel.
Wanneer we die gebruiken om de emmer van anderen te vullen, door dingen te zeggen of te doen die hun positieve emoties versterken, vullen we ook onze eigen emmer. Maar wanneer we de scheplepel gebruiken om uit de emmers van anderen te putten, door dingen te doen of te zeggen die hun positieve emoties verzwakken, verzwakken we ook onszelf.
Zoals de beker die overvloeit, geeft een volle emmer ons een positieve kijk op de wereld en hernieuwde energie. Elke druppel in onze emmer maakt ons sterker en optimistischer. Maar een lege emmer vergiftigt onze kijk op de wereld, slokt onze energie op en ondermijnt onze wilskracht. Daarom doet het elke keer pijn wanneer iemand uit onze emmer put. We staan op elk moment van elke dag voor een keus. We kunnen elkaars emmers vullen of we kunnen eruit putten. Het is een belangrijke keus, want onze relaties, productiviteit, geluk en gezondheid worden er in hoge mate door beinvloed (Tom Rath).
Een gewoonte maken van het vullen van elkaars emmers is nodig om meer verbinding en positivisme in je leven te brengen. Binnen mijn praktijk zie ik mensen die in een relatie zitten die meer energie kost dan oplevert. Ze voelen zich niet gewaardeerd, niet gehoord of gezien, afgewezen of geloven zelfs dat de ander niet van hen of haar houdt. Ze voelen zich niet geliefd. Biologisch gezien willen we ons allemaal verbinden met een ander, we voelen ons beter als we iemand om ons geeft en voor ons kiest.
Als de relatie niet veilig is, offeren we onszelf op, of ontstaan er discussies die leiden naar ruzie of frustraties en veel relaties gaan hierdoor stuk. We ervaren dat we onvoldoende aandacht, vertrouwen, liefde, bewondering, bevestiging, aanraking, intimiteit of complimenten krijgen. We verwijten de ander en projecteren irreële projecties van ons valse zelf, in plaats van te communiceren over onze angstdelen. Het is namelijk de schuld van de ander dat wij ons niet geliefd voelen. We vinden dat de ander ons dit moet geven omdat eigen behoeften voor gaan en hebben niet door dat we meer groeien door datgene wat we missen zelf te geven in plaats van te nemen. Dit is meer een vorm van egoïstische liefde. Door te geven wat jij nodig hebt, ga je verder dan je eigen behoeften. Wil jij geliefd worden, geef liefde. Wil jij aandacht, geef aandacht. Wil je intimiteit, geef intimiteit. Je werkt op deze manier aan zelfliefde.
Velen gaan vervolgens op zoek naar een volgende ‘ideale partner’ en beseffen te weinig dat niet geleerde patronen zich blijven herhalen. Je kunt natuurlijk wel je relatie beëindigen, maar als je je gedrag niet verandert, kom je weer in een soortgelijke relatie terecht. Liefde vraagt nu eenmaal onderhoud. Liefde vraagt om hartcommunicatie. Liefde vraagt om zelfliefde. Liefde vraagt om het vullen van elkaars emmers.
Het willen controleren en beheersen van anderen is omdat we te weinig interne controle hebben over onze emoties. We oordelen over mensen en hebben niet door dat we ze zelf wegduwen. Vervolgens voelen we ons eenzaam en worden we nog bozer en gaan nog meer wegduwen zonder in te zien dat we dit zelf creëren. Als iemand je beledigt worden we boos of trekken we ons emotioneel terug en veroordelen in stilte. Mensen uitnodigen om dichterbij te komen verandert je ervaring.
We kijken echt onvoldoende bij onszelf naar binnen en zitten in onze eigen gevangenis opgesloten. Om gelukkig te worden zul je persoonlijke verantwoordelijkheid moeten oppakken. Dat betekent dat je nooit anderen de schuld moet geven voor jouw gevoel van ongelukkig zijn. Dat betekent dat je moet leren om je emoties te reguleren, naar binnen gaan in jezelf en ontdekken wat je angstdelen zijn. Want alleen jij kunt die ervaren en ook helen. Er is moed nodig om deze delen onder ogen te durven zien, maar (zelf)liefde geven heelt veel. Het begint uiteindelijk met de verbinding met jezelf. We zijn niet zo machteloos als we denken.
Om een gezonde en volwassen relatie te creëren dien je elkaar te helpen elkaars emmers te vullen. Ook al word je emotioneel geraakt, dan begrijp je dat je hier samen in dialoog aan kunt werken in plaats van weg te duwen en te verwijten. Een keus voor liefde in plaats van angst.